Sinds januari 2021 maakt het Verenigd Koninkrijk niet langer deel uit van de EER. Als gevolg daarvan hebben Mastercard en Visa herzieningen aangekondigd van de afwikkelingspercentages die van toepassing zijn tussen het VK en de EER. Deze wijzigingen zullen in oktober 2021 van kracht worden. Sinds januari 2021 maakt het Verenigd Koninkrijk niet langer deel uit van de EER. Als gevolg daarvan hebben Mastercard en Visa herzieningen aangekondigd van de afwikkelingspercentages die van toepassing zijn tussen het VK en de EER. Deze wijzigingen zullen in oktober 2021 van kracht worden.

Mastercard herziet afwikkelingsvergoedingen

Als gevolg van de Brexit herziet Mastercard de afwikkelingsvergoedingen voor transacties tussen het VK en de EER. De herziene afwikkelingsvergoedingen worden op 15 oktober 2021 van kracht.

De nieuwe afwikkelingsvergoedingen zullen vooral aanzienlijke gevolgen hebben voor transacties zonder aanwezige betaalkaart in EER-verkooppunten door consumenten met een kaart die in het Verenigd Koninkrijk is uitgegeven. Voor transacties zonder aanwezige betaalkaart tussen het VK en EER-landen wordt momenteel 0,20 % aangerekend voor debetkaarten en 0,30 % voor kredietkaarten. Vanwege de herziene afwikkelingspercentages zullen deze transacties worden aangerekend in overeenstemming met de interregionale geplafonneerde consumententarieven van 1,15 % voor debetkaarten en 1,50 % voor kredietkaarten. Let op: voor Mastercard gelden de nieuwe percentages eenzijdig voor transacties zonder aanwezige betaalkaart in EER-verkooppunten door consumenten met een kaart die in het VK is uitgegeven. De afwikkelingspercentages voor transacties zonder aanwezige betaalkaart in VK-verkooppunten door consumenten met een kaart die in de EER is uitgegeven, blijven ongewijzigd.
 

Visa kondigt updates van afwikkelingsvergoedingen aan

Visa heeft gelijkaardige wijzigingen als Mastercard aangekondigd, maar met een grotere reikwijdte. Meer in het bijzonder zullen de wijzigingen bij Visa aanzienlijke gevolgen hebben voor transacties zonder aanwezige betaalkaart door consumenten, transacties met terugbetalingen voor consumenten en commerciële transacties tussen het VK en de EER. De aangekondigde wijzigingen worden op 16 oktober 2021 van kracht.

Voor transacties zonder aanwezige betaalkaart tussen het VK en EER-landen wordt momenteel 0,20 % aangerekend voor debetkaarten en 0,30 % voor kredietkaarten. Met de recente aankondiging van Visa zullen deze transacties worden aangerekend in overeenstemming met de interregionale geplafonneerde consumententarieven van 1,15 % voor debetkaarten en 1,50 % voor kredietkaarten. De afwikkelingspercentages voor transacties met aanwezige betaalkaart door consumenten tussen het VK en EER-landen blijven ongewijzigd. Verder zullen de afwikkelingspercentages voor Business-kaarten worden vastgelegd op 1,60 %, terwijl deze voor Corporate- en Purchasing-kaarten worden herzien naar 1,80 %.

In tegenstelling tot Mastercard zal Visa de geactualiseerde afwikkelingspercentages bilateraal toepassen. Dit houdt in dat deze zullen toegepast worden zowel voor transacties in EER-verkooppunten met kaarten die in het VK zijn uitgegeven als voor transacties in VK-verkooppunten met kaarten die in de EER zijn uitgegeven.

Sinds 19 oktober 2019 heeft Visa de geretourneerde afwikkelingsvergoeding voor interregionale terugbetalingen in de EER geschrapt. Vanaf 16 oktober 2021 zal de afwikkelingsvergoeding niet langer worden terugbetaald voor transacties met terugbetalingen voor consumenten tussen het VK en de EER, en dit voor zowel transacties met als zonder aanwezige betaalkaart. Deze wijziging zal ook bilateraal worden toegepast. De afwikkelingspercentages voor commerciële kaarten blijven ongewijzigd.

Wat de klanten van Worldline betreft, zullen IC++-handelaars de update automatisch zien als onderdeel van hun gerapporteerde kaartschemavergoedingen. Handelaars met een gecombineerd tariferingsmodel zullen op de hoogte worden gebracht als de gevolgen een aangepaste prijsstelling vereisen.